DE BICKEVISSERS
Vissoorten
Vissoorten
RIETVOORN (Scardinus erythropthalmus)
Max. lengte: 40 cm
Max. gewicht: 2 kg
Max. leeftijd: 15 jaar
De rietvoorn is een karperachtige met een hoog lichaam dat zijdelings is afgeplat.
Hij heeft een blauwgroene, bruinachtige rug met een gouden glans. De rug- en de borstvinnen zijn vleeskleurig, de buik-, de staart- en de anaalvin zijn helrood. De oogiris is goudkleurig.
De rugvin begint net achter de inplanting van de buikvinnen.
Rietvoorn hebben een opvallende, vooruitstekende onderlip.
De rietvoor is bij voorkeur te vinden in stilstaande of traagstromende, plantrijke waters.
Het is een schoolvis die graag vertoeft op ondiepe plaatsen, vooral in de zomer. Hij leeft net onder het wateroppervlak en jaagt daar op zijn voedsel. Hij kan overleven in wateren van mindere kwaliteit.
De rietvoorn paait van mei tot begin juni wanneer de watertemperatuur meer dan 15°C bedraagt.
De wijfjes scheiden minuscule transparante gele eitjes af die aan planten en rietstengels blijven plakken.
De jonge visjes komen na zes à acht dagen uit en zijn niet groter dan een speldekop.
Na 1 jaar is hij ongeveer 6 cm.
Ze groeien redelijk traag. Het kan tot vier jaar duren eer ze volwassen zijn.
Ze zijn geslachtsrijp tussen de 2 en de 3 jaar, ze hebben dan een lengte van ongeveer 15 cm.
De rietvoorn is een alleseter, van planten tot insecten.
Gezien de vorm van zijn bek, met vooruitstekende onderlip, asen rietvoorns meer aan de oppervlakte dan blankvoorns. Zij eten ook allerlei schaaldiertjes en slakken die zich op de bodem bevinden, evenals plantaardig materiaal wanneer ze tussen de rietbegroeing asen.